1. Zakelijke Gegevens.

Titel van het boek: IJzige poppen                                                                                   

Schrijver: Theo Hoogstraaten

Uitgever: Sjaloom Amsterdam

Jaar van uitgave: 1e druk 1991, ik heb de 2e druk gelezen uit 1994

Aantal bladzijden: 124 bladzijden

2. Een samenvatting van het boek.

Anne en Gea zijn beste vriendinnen, samen met Anne's broer Louis zijn ze vlak voor kerst bij de V&D. Ze proberen een CD van Clouseau te stelen. Als ze bijna weg willen gaan wil Gea nog even bij de lippenstiften kijken, Anne liep al vast naar buiten, Louis was er nog. Dan botst opeens een vrouw tegen haar op met een klein meisje in haar hand, de CD gleed onder haar jas vandaan en de vrouw riep 'Stomme trut, kun je niet uit je doppen kijken,'schold de vrouw. 'Kom hier. kleine, hier...,' schreeuwde ze, en holde het meisje achter aan. Ook Gea en Louis renden weg want ze werden betrapt door een medewerker van de V&D. Met kerst, toen de opa en oma van Anne en Louis op bezoek waren, ging Louis naar boven en zette de TV aan waar op hij zag dat er een meisje uit Zaandam werd vermist. Louis keek op en herinnerde zich dat dat het meisje van de vrouw was waar Gea tegen op gebotst was in de V&D, snel haalde hij Anne op. 'Maar dat weet ik niet, ik was al buiten.' zei Anne. Ze moesten wachten tot de volgende dag als ze Gea weer zagen, zei had haar tenminste wel gezien...

... De volgende dag...  Gea had het ook al van het vermiste meisje gehoord, het verhaal was overal te horen, de krant, de TV, de radio. Gea wist het niet meer helemaal zeker. Samen gaan ze met z’n drieën de stad in, als ze de vrouw zien van de V&D gaan ze haar achteraan, ze komen erachter dat ze werkt in een speelgoed winkel. Een andere dag gaan ze naar die winkel, er staat een medewerker in de winkel. Gea kent haar, ze zat vroeger bij haar in de klas. Birgit (de medewerker) zei wat over haar baas maar, ze was er nu zelf niet. Gea zal een dagje komen helpen in de winkel en het huis gaan onderzoeken van de vrouw want, ze woont zelf boven de winkel. In de tussen tijd hebben Anne, Gea en Louis aangifte gedaan bij de politie, maar de politie gelooft hun niet helemaal, als ze zelf alle aanwijzingen nagaan vinden ze niks. Op een avond gaan Anne, Gea, Louis en Gerben (een date voor Anne, wat Gea heeft geregeld) naar de bioscoop. Dan valt opeens de stroom uit. Anne en Gerben gaan na een tijdje weg uit de zaal, de rest blijft zitten. Als Gerben Anne naar huis wil brengen komen Gea en Louis ook naar buiten, hun gaan nog even in de stad rond lopen. Als Gea de volgende dag naar de speelgoed winkel gaat, lopen Brigit en Gea naar binnen. Als ze zien dat er een grote waterplas in de winkel ligt gaan ze kijken waar het vandaan komt. Brigit loopt even naar achter om doeken te halen, dan vindt Gea opeens een schanier helemaal onder het poppenhuis, Brigit komt er ook inmiddels al aan. Samen doen ze de 'deur' open. Dan schrikken ze heel erg. Drie kinderlichaampjes(in de loop van het verhaal zijn er nog meer kinderen vermist geraakt), ingevroren! Als Louis bij Anne op de kamer komt en het verteld zijn ze opgelucht, maar Gea dan heeft zij dat dan gevonden?! Die was vanochtend daar met Brigit. En ja het was dus zo, door de stroomuitval zijn alle vriezers gaan ontdooien dus ook die vriezer, van de slagerij, want dat was de speelgoedwinkel vroeger.

 3. Over de schrijver.

Theo Hoogstraten:

Theo Hoogstraten is op 9 juli 1948 geboren, in Mijdrecht. Na de middelbare school ging hij naar de Pedagogische Academie. Hij is even onderwijzer geweest bij een basisschool en ging toen M.O. Nederland en Geschiedenis studeren. Nu is hij Decaan van het Jan van Scorelcollege havo/vwo in Alkmaar. Hij vind schijven zelf geen beroep dus schrijft hij als hobby en meestal in de zomervakantie, voor de zomervakantie bezoekt hij locaties waar het verhaal wordt gesitueerd en gaat informatie verzamelen. Daarna gaat hij het boek schrijven (in de vakantie), in het najaar gaat hij de tekst bijschrijven en meestal in de winter brengt hij het boek uit. Hij vindt het wel dat boeken spannende gebeurtenissen moeten bevatten.

4. Over het boek.

A. Welke illustratie staat er op de voorkant van het boek?

 - De illustratie is gemaakt door:

         -Omslagontwerp: Andrea Scharro, Amsterdam.

         -Omslagmaquette: Joep Bertrams, Amsterdam.

         -Omslagfoto: Leon Hermans, Amsterdam.

Ik kon niet duidelijk zien wat de illustrator bedoeld met de illustratie, maar ik denk zelf dat het een kindje is wat probeert te vluchten maar vast zit en niet verder kan.

B. Is het boek aan iemand opgedragen?

Nee, het boek is aan niemand opgedragen. Maar je leert er wel heel veel van en je staat er wel bij stil dat het soms echt kan gebeuren.

C. Beschrijf de plaatsen die voorkomen in het boek.

V&D: Daar botste Gea tegen de vrouw op, de schrijver heeft voor deze plek gekozen omdat daar veel mensen zijn en niemand de vrouw heeft gezien met het kindje toen zij vermist raakte.

Speelgoedwinkel: De winkel van de vrouw die Anna, Gea, Louis verdenken van de vermissing van de kinderen en de vermiste kinderen werden daar ook gevonden. De schrijver zal voor deze plek gekozen hebben, omdat het juist een plek is waar kinderen komen en mensen niet denken dat daar zoiets ergs zal gebeuren.

Flat: Het flat gebouw waar de zus van de vrouw woont, zij heeft ook een kind en die zus lijkt heel erg op de vrouw omdat ze tweeling zijn. De schrijver zal het gekozen hebben, omdat ze denken dat zij er iets mee te maken heeft, vanwege het kind dat ze heeft.

Bioscoop: De plek waar Anna, Gea, Louis, Gerben waren toen de stroom uitviel, als die niet uitgevallen zou zijn dan waren Gea en Brigit er ook nooit achter zijn gekomen van de ingevroren kinderen. De schrijver heeft voor deze locatie gekozen omdat hij de lezers duidelijk moest maken dat er iets was met die stroom uitval, omdat het zo’n lang stuk is.

D. Vanuit welk perspectief is het varhaal geschreven?

Het verhaal is geschreven om je er bij stil te laten staan dat het soms echt kan gebeuren.

E. Heeft het verhaal een gesloten of een open eind?

Het verhaal heeft een gesloten eind. Er kan niet meer veel na gebeuren, alleen dat Anne en Louis dan naar de persconferentie gaan en een heel interview houden.

5. Leeservaringen.

Ik vond het een heel leuk en spannend boek om te lezen. Het onderwerp spreekt me ontzettend aan, omdat het een leuk, interessant, spannend boek waar veel verschillende gebeurtenissen in voorkomen. Het verhaal heeft me heel erg aan het denken gezet o.a. is het een waargebeurd verhaal?! Maar helaas kon ik daar geen informatie over vinden. Ik had het eind heel erg anders verwacht. Ik had totaal niet verwacht dat de kinderen zó dood gevonden zouden worden. Ik had wel een vermoeden dat die vrouw er iets mee te maken had. Het onderwerp word heel erg goed grondig uitgewerkt. Ik heb wel eens vaker een crimi gelezen, maar niet zo leuk en beter als deze, vooral omdat het verhaal genoeg gebeurtenissen bevat om het mij te laten boeien. Zo af en toe valt het verhaal wel een stil maar niet zo heel erg vind ik dat. De gebeurtenissen hebben wel indruk op me gemaakt, ik vond het vooral indrukwekkend toen Gea en Brigit de lichaampjes aanvonden. Gelukkig heb ik zelf ook nog nooit deze gebeurtenissen meegemaakt, mij zou het wel spannend lijken om het dan zelf op te lossen, maar niet om dan zo de lichamen aan te vinden. Ik vind de bouw van het boek ook heel erg goed, het slot past ook heel erg goed bij de beschreven gebeurtenissen, maar het was wel een spannend en een iets minder plezierig einde. Soms vond ik het wel lastig om de tekst te begrijpen, omdat het boek uit 1994 komt en er nog oude woorden worden gebruikt en je het soms dan niet begrijpt, maar verder een heel duidelijk boek.

6. Verwerkingopdracht.

Bedenk vier andere titels voor het verhaal en bespreek uitvoerig waarom die titels ook goed zouden passen. Geef bij deze bespreking voorbeelden uit het verhaal.

-       Het mysterieuze poppenhuis: Achter het poppenhuis in de speelhuis zit een  deur van de vriezer van de oude slager wat voor de speelgoedwinkel in het winkeltje zat. In die vriezer vinden Brigit en Gea de ingevroren kinderen.

-       Kinderlokster: De vrouw die de kinderen heeft ingevroren heeft de kinderen met een smoes in haar auto gekregen en dat lukte haar altijd, omdat de politie denkt dat het een vrouw is en die vertrouwen kinderen altijd, daarom is ze daar ook een ster in.

-       Mysteries rond kerst: Het verhaal speelt zich voor en na kerst af.

-       Jongeren lossen het wel op: Anne, Gea en Louis lossen het verhaal (bijna) in hun eentje op.