Poëzieanalyse

Glas

 

Elke morgen stond ze voor het raam te wuiven.

Ik zwaaide terug, maar wist niet wie ze was.

Buiten ging het leven door, maar 't hare

ging niet verder dan het glas.

 

Als ik terug van school kwam keek ik even;

het vierde raam, begane grond:

een witte muur met stille plooien,

alsof de vrouw niet echt bestond.

 

En toen kwam ik haar buiten tegen,

haar gang voorzichtig als op glas.

Ik groette haar; ze liep op scherven.

Ze wist ineens niet wie ik was.

 

Ted van Lieshout

http://www.gedichten.nl/nedermap/gedichten/gedicht/182032.html?zoekresultaat=ja 

 

Onderwerp van gedicht

Vriendschap.

 

Hoofdgedachte van het gedicht. Waar gaat het gedicht over?

Het gedicht gaat over vriendschap waarvan ik denk dat de vergeetachtige persoon dementerend is. De twee personen die in het verhaal voorkomen die zijn beste vriendinnen maar het dementerende persoon vergeet haar beste vriendin helemaal.

 

Rijm / geen rijm

In het gedicht komt wel rijm voor maar in een aparte volgorde. De volgorde is meer AB CB in alle alineas van het gedicht.

 

Rijmschema

Het rijmschema is AB CB, dat is een gebroken rijm.

 

Vorm van het gedicht

Het gedicht heeft 3 coupletten met in elk couplet telkens 4 zinnen die AB CB rijmen.

 

Beeldspraak

Een witte muur met stille plooien - Een muur kan geen plooien hebben, het betekend dat het heel erg stil is.

 

Het gevoel

Mijn gevoel hierbij is dat het een zielig en verdrietig gedicht is die je stil laat staan bij het evt. dement worden van een beste vriendin die je dan vergeet.

 

Spreekt het me aan?

Ja, het gedicht spreekt me aan. Het gedicht spreekt me aan omdat het iedereen kan over komen, het komt ook zelf voor in mijn directe omgeving voor en dat is wel aangrijpend. Daarom begrijp ik het gedicht ook beter.

 

De auteur van het gedicht

De auteur van het gedicht is Ted van Lieshout en hij is geboren in Eindhoven (Nederland).

 

Drie andere gedichten die er ook bij passen

 Ineens

 

Twee dagen terug speelde ik op de bank met K. een potje scrabble.

Een gewone woensdagavond.

Het eerste woord van K. was 'touw'.

Ik volgde met 'tijdschrift'. Toen volgde K. met 'eenzaam', 'verlaten', 'dood', 'koud', 'angst'.

Hij won. 

 

De dag daarop kwam ik zijn nieuwe aquarium bezichtigen.

Hij stond in de gang met twee verschillende touwen in zijn handen en vroeg:

'Welke is het stevigst?'

Ik koos het touw in zijn rechterhand.

 

Vanmorgen kreeg ik het telefoontje van de moeder van K.

Zo overstuur.

 

Lernert Engelberts, Leerdam (Nederland)

 

Twee parels

 

Twee parels aan een glooiing saamgegleden,

Zo lagen in omstrengeling van leden,

 

Op een rustbed van gloeiend karmijn,

Twee meisjes in verinnigd samenzijn;

 

Een als de een zich teder overboog

Rees teerder nog de ander naar omhoog,

 

En als twee zwanen tot elkaar gegleden,

Omsnoerden zij elkaar de bleke leden ... 

 

En als twee zwanen, een bleek zusterpaar, 

Bewegend licht, bevoeren zij elkaar,

 

Beheerst, in een stil vloeispel, in een vlijen

En als met zachte zwemvliezen de dijen

 

Wegwentelende, enkel vrezend om

Te diepe dracht in spiegelgladde kom

 

Van schoot, opdat door de beroering niet

De diepe drift de vijveren verliet.

 

Bertus Aafjes, Amsterdam (Nederland) 

 

Hartslag

 

Je vrienden -

of ze er nu zijn of niet,

altijd zijn ze om je heen. 

 

Ogen die je volgen,

stemmen die je dragen.

 

Reisgenoten

waar je ook gaat,

bondgenoten, droomgenoten.

 

Altijd hun wiekslag,

wiekslag die je herkent,

je eigen wiekslag.

 

Altijd hun hartslag -

je eigen hartslag.

 

Hans Bouwma, Tilburg (Nederland)